maandag 8 november 2010

Het vertrek


0:35, ik zie hoe binnen enkele minuten het land dat Israel of Palestina heet opgaat in een zee van lichtjes. Ik sluit mijn ogen en herinner mij de dag die in elk opzicht in het teken stond van ‘wachten’. Wachten tot afscheid te nemen, wachten tot ons vertrek naar het vliegveld, wachten op de taxi en wachten op het vliegveld. Op vooral de laatste hadden we ons al aardig voorbereid. Het begon toen we onderweg waren naar het vliegveld waar we bij een checkpoint moesten uitstappen om te vertellen waar we heen gingen. Uiteindelijk kwamen we hier vrij makkelijk door heen en konden we beginnen met het spel op het vliegveld. Als voorbereiding op deze gebeurtenis vertelde Merlijn ons wat er kon gebeuren en dat het allemaal wel zal mee vallen behalve als je een nummer 5 op je bagage kreeg. Een reeks aan stikkers met daarop het nummer 5 werd op ons bagage geplakt. Het ontrouw was gewekt bij het zien van een paspoort dat een stempel had uit Doha, Katar en de misschien wat vreemde materialen die wij bij ons droegen, voor als je een toerist bent. Voordurend werd een van ons gevraagd waar we vandaan kwamen, hoelang we hier zijn geweest, wat we kwamen doen en of we locale mensen hadden ontmoet. Alle bagage ging door de eerste scanner en alle bagage betekende ook mijn kleine gitaar die ik bij mij droeg. Mijn kleine gitaar die ineens vast bleek te zitten in de machine. Ondertussen waren de andere al bezig met de doorgrondige check waarbij al hun koffers werden opengemaakt en alles er uit werd gehaald. Iedereen stond wat onhandig om de machine waarop de supervisor het initiatief nam en de gitaar er met succes uit trok. Ik kon het gedoe niet accepteren en maakte gebruik van de situatie om van mijn nummertje 5 een 4 of 3 te maken.
Ik kwam bij een jonge vrouw voor de controle van mijn tas. Op het moment dat ze vroeg of mijn gitaar al door de scanner was geweest antwoordde ik  haar daarop dat deze inderdaad helaas grondig door een scanner was geweest, met als gevolg een beschadiging. De supervisor werd erbij gehaald terwijl ik de rest naar een andere speciale balie zag vertrekken om hun bagage in te checken en opnieuw zes keer ondervraagd te worden. Er werd mij de excuses aangeboden en gevraagd of ik een klacht wou indienen of dat het goed was als ik een schadevergoeding kreeg. Ik koos voor optie twee waarmee ik direct een zeer aangename controle had. Ik flirtte nog wat met jonge vrouw door het te hebben over haar persoonlijke leven, die mij vervolgens hielp om alles weer op een betere manier als voorheen in mijn koffer te krijgen. De meeste mensen die daar werken zijn studenten die het niet leuk vinden om te doen maar moeten werken. De strenge blikken horen en vragen hoort er nu eenmaal bij. Hierna kreeg ik een persoonlijke escorte naar de volgende check-point. Een controle waarbij opnieuw gevraagd kon worden wat je nu daadwerkelijk hier had gedaan, door een metaal detector moest en je handbagage weer door een scanner ging. Volgende stap door checkpoint drie waar opnieuw het paspoort werd gecontroleerd om te eindigen bij checkpoint vier waar de ticket werd gecontroleerd. We laten nog eenmaal onze ticket zien om vervolgens in het vliegtuig te stappen dat ons terug naar Nederland zal brengen. Ik open mijn ogen wanneer ik besef hoe snel te tijd is gegaan. Ik bekijk de foto’s die een moment opname laten zien maar mij een verhaal vertellen. Verhalen die misschien zullen vervagen maar altijd in herinnering blijven bestaan.

Het feest is voorbij


Elke morgen irriteerde wij ons weer aan de katten die op onze schoot sprongen om voedsel weg te ritselen. De irritatie verdween direct toen ik samen met een van de theatermakers Nick en twee mensen van het hostel een kat hoorde braken. 2:00. De kat stoten zichzelf tegen de muur, rolde over de grond terwijl hij stuiptrekkingen maakte. We probeerde hem water te geven. Bij een van de mannen bonden wij wc papier om zijn handen. Hij probeerde het geen dat in de maag of keel van de kat zat eruit te krijgen. Het lichaampje verstijfde om vervolgens weer te verslappen. Een gebed volgde. In een korte tijd speelde daar voor onze ogen het einde van een leven af. De irritante kat, die we vast en zeker al een aantal zetten hadden verkocht om van de tafel te gaan, werd nu verzorgd door vier man maar het was te vergeefs.
Dag 3
De laatste dag breekt aan. Opnieuw blaas ik met de kinderen 30 ballonnen op. Ook vandaag spreken Amer en ik eerder af om een aantal dingen te veranderen in de voorstelling. Naar mijn gevoel was alles te vlak en kwam het conflict te weinig tot uiting. Om deze reden schreeuwt Amer mij tot de orde wanneer ik weer te ver ga met hem mee te nemen in mijn dromen. ‘Blijf maar dromen, dat is makkelijk waar jij vandaan komt. Hier hoef je dat niet meer te proberen. Dromen is altijd fijner als de realiteit.’ Het feestje loopt uit tot een grote mislukking. Uiteindelijk wordt hij toch overgehaald door een van de locale jongens. Hij laat hem weer geloven in zijn dromen.
De verlichting gaat eruit. Het feest is voorbij. Amer komt naar mij toe en legt een arm om mijn schouder. ‘Ik ga van onze performance een groter stuk maken!’. We bedanken de familie van harte terwijl mobiele telefoons foto’s schieten en naar pen en papier wordt gezocht voor ons Facebook site. We haasten ons naar de finale waar de afsluiting plaats vindt van de intense twee weken in Jeruzalem. Een finale waaruit blijkt dat dit alles niet voor niets is geweest.

vrijdag 5 november 2010

Fijne Verjaardag


Dag 1
De ballonnen hangen, de muziek staat klaar en de feest verlichting is aan. De gehele familie heeft mee geholpen om hier een echt feest van te maken en het is duidelijk dat de buurt hier ook van af weet. Vanuit alle ramen en balkonnetjes kijken kinderen wat er aan de hand is. Door steentjes naar beneden te gooien proberen ze de aandacht te trekken. Iedereen is welkom dus nodig ik ook hen uit i.p.v. hen een boze blik of steen terug te werpen.
We wachten tot de eerste mensen komen en nog belangrijker, tot Amer er is. De performance lijkt bijna werkelijkheid te worden. Er beginnen scènes voor mijn ogen af te spelen waarbij ik een kwartier lang een het publiek probeer te vermaken dat uit loopt tot een mislukte clowns act. Ik voel dat ik een moment weg moet van deze locatie. De tijd tikt door en ik wordt alsmaar zenuwachtiger van de mensen die voordurend Arabisch tegen mij spreken, terwijl ik vriendelijk glimlachend probeer duidelijk te maken dat ik hier geen barst van begrijp. Gelukkig komt daar enkele minuten later mijn verlosser.
We zijn er klaar voor, wat er dan ook mag gaan komen. Sabrina, een van de bewoners, bind nog snel een geluksarmbandje om mijn pols. Het laat weer eens zien hoezeer iedereen ons hier welkom heet. De eerste mensen druppelen binnen. Ik geef een van de mensen uit het publiek een camera, het is tenslotte de geboorte van een voorstelling. Het is aftasten hoe om te gaan met het publiek. Ze reageren veel en ik kom er achter dat de helft Arabisch is en dus überhaupt geen Engels verstaat. Lastig wanneer de eerste 5 minuten slechts Engels is. Het is een gevecht om de concentratie door het rumoer te behouden maar uiteindelijk slagen we hierin. De mensen verlaten de plek zonder applaus te hebben gegeven aangezien wij dit afdwingen. De gastvrouw komt naar buiten met thee en ik kan uit haar gebaren opmerken dat ze zich afvraagt wanneer ze nu met de thee moest komen. Vergeten..
Ik denk terug aan onze eerste performance. Het publiek vergat dat de voorstelling een voorstelling was. In principe zou dit een geweldig compliment kunnen zijn maar wanneer men de boodschap vervolgens niet mee krijgt aangezien ze denken dat het echt is, dan verliest alles zijn waarde. Ze zien Amer die op het eind alleen achter blijven. Amer  en niet een acteur die niet meer gelooft dat hij kan zingen. Morgen in anderhalf uur weer opnieuw sleutelen aan de voorstelling. Een applaus in de voorstelling bouwen en misschien eindigen met een positiever gevoel.
We eindigen met zijn allen op een grote binnenplaats waar de eerste finale plaats vond. Het publiek is een grote chaos maar iedereen blijkt het naar zijn zin te hebben. Onder ons heerst dezelfde chaos. Microfoons houden er mee op, brommen in de speakers, iedereen die elkaar vragend aan kijkt om tonen te vinden die we moeten zingen. Morgen nog maar een repetitie. Uiteindelijk kunnen we zeggen dat de eerste dag van Al Quds Underground erop zit. Ondanks wat schaamte momenten in de finale kunnen we zeggen dat we  met deze eerste dag toch stiekem wel tevreden mogen zijn.
 Dag 2
De tweede dag uit een reeks van drie. Zoals verwacht plannen we een korte repetitie om ons wat zekerder te voelen in die finale. Vervolgens ga ik naar mijn ballonnen vriend waar ik een grote glimlach op zijn gezicht tover. Hij pakt maar al te graag zijn pen om mij een bonnetje uit te schrijven voor maar liefs vijftig ballonnen. Ik pak er nog tien bij aangezien ik weet dat dit minstens het aantal is dat zal knallen door kinderen, katten of kaarsen. Eenmaal bij de familie thuis wordt ik warm verwelkomt en beginnen de kinderen mij direct te helpen met het opblazen van de ballonnen waarvan er zes knallen. Amer is deze keer gelukkig ‘op tijd’ waardoor we gelijk aan de slag kunnen met een aantal veranderingen in de performance. We vragen een van de kinderen mee te helpen. Hij zal aan mij wat vragen stellen, tijdens de performance, in het Arabisch zodat duidelijker wordt wat ik in het Engels verteld. We besluiten dat Amer uiteindelijk toch zich laat over halen te zingen waarbij de performance eindigt met een buiging.
17:00. De eerste groep komt aan lopen. De atmosfeer is rustiger dan gister wat direct meer focus geeft. We kijken het publiek meer aan en spelen met hun aanwezigheid. Het voelt alsof we een sterke voorstelling hebben neergezet maar we hebben nog steeds geen indicatie wat het publiek er van vind. In het eind blijft nu niet Amer alleen achter maar wij beide die samen een lied zingen. Goed voor de performance maar hierdoor ontstaat er nog geen gesprek met het publiek. Het voelt alsof de mensen hier nog directer moeten worden aangesproken om door te hebben waar het daadwerkelijk over gaat. Ik merk hoe fijn het is om hier terplekke aan een voorstelling te sleutelen en met nog een dag in het verschiet schrijf ik direct al mijn ideeën voor morgen op.
Drie groepen passeren ons feestje de laatste laat het, doordat ze verdwaald zijn, afweten. We proberen onze spullen te pakken om ons te haasten naar de finale maar worden hierin tegengehouden door Sabrina die met twee borden warm eten in haar handen staat. Door de onmogelijkheid dit te weigeren zetten we onszelf gespannen in een zetel. Ik zie de wijzers van de klok de zeven passeren.
Met buik krampen door het snelle eten haasten we ons naar de plek waar de finale weer plaats vind. Ditmaal al op afstand te horen door een verbeterde geluid installatie. Het geeft direct een goed gevoel en vanaf ons binnenkomen zien we dat deze avond nu al de vorige overtreft. De chaos is minder, de muziek beter. Alles loopt gesmeerd in elkaar over en het publiek is enthousiast. Tevreden loopt iedereen het terrein af terwijl ik al weer droom over morgen en vandaag vergeet. Tot ik deze blog schrijf over de laatste twee dagen en mijn woorden terug lees. Woorden die mij even op mijn plek zetten. Mij voor een moment te dwingen te genieten van vandaag.

woensdag 3 november 2010

Stilte voor de storm


Ik probeer de tijdsbeleving van de mensen hier en daar een beetje over te nemen. De druk wat los te laten en uiteindelijk de zon ook mee te nemen naar Nederland zodat mijn hart rustig blijft op momenten die ik voorheen als stress zag. Ik zou moeten leren leven vanuit een andere opvatting. Niks heb ik onder controle, de momenten die ik kan regelen zijn mooi meegenomen. Ik heb het vandaag rustig, aangezien ik niet veel kan doen voor mijn performance op dit moment. Dat betekent ook daarom niet in de stress schieten. Soms hebben dingen minder tijd nodig. Ik kijk nog twee a drie keer terug naar de foto die ik maakte in de woestijn. De wind is daar rustig maar stroomt altijd door. Een instelling waar vele van ons een voorbeeld aan zouden kunnen nemen.
Het bleek de stilte te zijn voor een storm. Mijn rustig hart werd direct na het uitspreken van mijn voornemen op de proef gesteld. Een dag voor de performance wordt toch bestloten dat we op een andere plek spelen. De mensen waar we spelen kunnen nauwelijks Engels wat betekent dat ik  totaal ben overgeleverd aan een tolk die er op dat moment niet was. Ik moest op hem wachten. Het was mij onderhand duidelijk dat het wachten in dit land van behoorlijk lange duur kon zijn. Uiteindelijk was er geen tolk en stond ik alleen met Amer op de kleine binnenplaats, omsingeld door een groep van vijf nieuwsgierige kinderen. Voorzichtig gingen we van start met de performance op deze locatie te herontdekken. Ondertussen kregen we ondanks onze ‘Nee, dankje’ toch een bord traditioneel Palestijns avond eten. Er bestond geen mogelijkheid te concentreren met de voordurende aanwezigheid van kinderen die over en weer rennen en op de achtergrond uit elk huis de geluiden uit de televisie. Het is niet beleeft om direct bij het eerste bezoek de bewoners waar je op bezoek bent de mond te snoeren. We besloten morgen af te wachten. De dag waar we van start gaan. Uiteindelijk was het ook belangrijk te zien hoe behulpzaam en gastvrij deze families wel niet zijn.
Een enkele verschuiving in de gewenning zorgt ervoor dat alles weer open ligt. De toekomst is opnieuw onzeker wat niet hoeft te beteken dat dit negatief is. Niks heb ik onder controle. Morgen zie ik op welke momenten ik wel grip kan hebben maar tot die tijd reageren we gewoon op wat komen gaat. 









dinsdag 2 november 2010

Gewoon een nieuwe dag


Een week geleden kwamen we op een bijzondere plek. Een plek die volledig vreemd voor ons was. Een plek waar werd gedroomd over heden en verleden. Na een week begon deze bijzondere plek vertrouwt aan te voelen. Wat je eerst nog verbaasde is door de tijd ‘normaal’ geworden. Ik kijk niet meer om van mensen die in een andere taal tegen mij schreeuwen, wanneer er tegen mij wordt aangelopen, wanneer ik soldaten zie lopen met een M16. In korte tijd vergeet ik hoe bijzonder en absurd deze plek is. Ik krijg mijn stampkroeg waar ik elke dag twee koffie drink. Ik loop door de straatjes die ik nu denk te kennen terwijl ik uiteindelijk gewoon een toerist blijf. Ik schrijf geen blog op deze maandag om mijzelf er aan te herinneren dat deze gebeurtenis niet een gewenning wordt. Het wennen aan een tijd en plek heeft zijn voordelen maar je kunt ze ook onbewust te makkelijk accepteren waardoor je het perspectief verliest.
Ik zit in mijn stampkroeg en schrijf opnieuw email berichten aan al de contacten die ik kan vinden voor een plek voor mijn eindregie. Ik voel mijn moed zakken wanneer ik opnieuw bericht krijg van een optie die niet door gaat. Het is een moment waarop je voelt dat er geen hoop is. Een gevoel dat vele kunstenaars in de stad Jeruzalem voordurend blijken te hebben. Vele geven het op en voelen niet meer de energie waar vanuit ze begonnen te werken. Je moet blijven vechten en geloven om te overleven, hoe moeilijk dat soms kan zijn.
Amer is een van die mensen die blijft vechten alhoewel hij in de performance nu het tegenovergestelde speelt. Robin heeft een verjaardag geregeld voor Amer maar hij wacht nu al een half uur op zijn komt terwijl hij zijn gasten geruststelt. Uiteindelijk komt de levensmoede Amer maar wanneer hij het feestje opmerkt probeert hij zo snel mogelijk weer te verdwijnen. Robin houd hem tegen door hem een cadeau te geven. Een normaal fotolijstje maar waar Amer zijn verleden in ziet en voor een ogenblik opnieuw zijn kinderwens beleefd. Amer die altijd zanger heeft willen worden zingt nu uit volle borst zijn eerste lied tot hij erachter komt hoe hij zich heeft laten gaan. Hij excuseert zich voor deze vertoning aangezien hij gelooft niet meer te kunnen zingen. Alhoewel Robin in al zijn enthousiasme nog probeert hem te overtuigen door te gaan met zingen blijft Amer toch hangen in zijn zwarte toekomst. Een afloop die vele Palestijnse kunstenaars zullen herkennen.
Het aftellen van de dagen is begonnen. Over twee dagen is de première. Twee dagen die er weer voor zorgen dat de tijd geen kans krijgt voor gewenning. Er moet nog een hoop gebeuren. Ondanks dat blijven we niet alleen hopen maar vooral geloven en vechten voor een goede afloop.  









zondag 31 oktober 2010

Geen tijd


Ik kijk op mijn telefoon en zie dat het daar twaalf uur is terwijl mijn computer elf uur zegt. Ik ontkom er niet aan om in de toekomst te blijven leven. In Jeruzalem is de wintertijd nog niet ingegaan waardoor er een tijdsverschil is ontstaan. Wintertijd of geen wintertijd, ik sta om 8 uur op voor mijn Falafel ontbijt en het dagelijks bezoekje aan het Jeruzalem hotel voor twee koppen Arabische koffie. Hierna ontmoet ik Amer met zijn assistent van het theater voor een ritje naar de woestijn in Jericho.
We rijden over de ver uitgestrekte heuvels van grove stenen. We negeren de borden die ons vertellen deze weg niet te betreden. We nemen het risico een afgrond in te rijden of door het leger aangehouden te worden want de wens bij die ene bijzondere plek in de woestijn te komen is te groot. We stappen uit en bewandelen de plek zonder tijd. De plek van stilte. De plek waar alles lijkt te zijn uitgestorven maar over de heuvel verschijnt daar een groene boom in het dal. De enige boom in de wijde omtrek. De enige vruchtbare plek op dit gebied. Hier kun je alles een moment vergeten, zowel toekomst als verleden. Hier beleef je. Wanneer we de auto terug in stappen rijden we weer terug de tijd in. 
Opnieuw gaan we naar een toneelvoorstelling die ditmaal is gericht op een ouder publiek. Dit betekent nog meer tekst en nog minder begrijpen. Ik zie een schaduw spel, er wordt gezongen en gesproken. Ik begrijp er geen barst van. Geen idee waar het zich afspeelt of in welke tijd maar toch voel ik met de personages mee. De actrice geeft mij een gevoel zonder dat ik iets van haar woorden hoef te begrijpen. Ik kijk naar deze vrouw die mij net als de woestijn even op reis neemt, weg van het verleden, weg van de toekomst naar een plek waar je beleeft. 









zaterdag 30 oktober 2010

Herinneringen


Ik wacht en ik wacht. Mijn onderwerp ‘tijd’ wordt hier nog maar eens op de proef gesteld. Wanneer dit in Nederland zou gebeuren dan zijn direct de poppen aan het dansen. Ik moet het maar voor lief nemen. Het is 13:45 en ik had om 13:00 afgesproken met Amer. Gelukkig heb ik mijn computer bij mij en kan ik voor de twintigste keer mijn email, facebook en skype checken. Ook hier wacht ik op een berichtje van wie dat ook mag zijn. Het is een grauwe dag en zo voelt het ook in mijn buik en hoofd. Elke dag falafel eten is mijn lichaam niet gewend maar misschien heeft het ook iets te maken met mijn chronisch slaap tekort. De cd in het café blijkt op repeat te staan wanneer ik opmerk hetzelfde nummer nu vijf keer gehoord te hebben. Het is 14:00. Hoelang zal ik nog wachten? Een vrolijk melodietje klinkt wanneer ik hem opbel gevolgd door zijn voice-mail. Ondertussen zit ik al twee uur in een café waar ik slechts twee koffie heb gedronken. Nog maar een koffie of gewoon wat meer fooi geven? Dan eindelijk een telefoontje, binnen 15 min is hij er! 30 minuten later komt hij het café binnen.
We lopen naar de begraafplaats van zijn vader. Een plek waar zijn hele generatie ligt begraven en ook hij zal komen te liggen. Het is een plek die hij vaker met zijn kinderen of moeder bezoekt. Zijn moeder gelooft dat ze later bij hem terug zal komen. Amer verteld hoe het geloof een houvast voor zijn moeder kan zijn doordat zij nu bijvoorbeeld makkelijker het verlies kan accepteren. Zelf is hij ondanks zijn opvoeding in een christelijk koor en zijn ouders die Moslim zijn, niet gelovig. Hij gaat met zijn kinderen wel naar de Moskee omdat zij hier om vragen. Uiteindelijk moeten zij zelf ontdekken waar ze in geloven.
We stappen de kleine repetitie ruimte binnen. Nu zal het dan echt gaan beginnen. De eerste keer op de spelvloer gaan is altijd een spannende stap. Op de weg naar de repetitieruimte vertelde hij over zijn eerste ervaringen als kind op het toneel. Ik vraag hem deze gebeurtenis opnieuw aan mij te vertellen maar dit uit een fotolijstje te halen. Een fotolijstje dat er voor mij leeg uitziet. Hij begint te vertellen en gedurende zijn verhaal wordt hij langzaam weer het kind. Ik laat hem de scene opnieuw spelen maar nu met de vraag te beginnen vanuit een norse man. De man waar hij eerder over sprak die het kind in hem is verloren. Het is de verjaardag van deze norse man en ik geef hem het fotolijstje cadeau waarin hij zich verliest in de herinnering. Een uur repetitie lijkt hier gewoon te zijn. Ik zie hoe Amer nadenkt over het materiaal dat vandaag is ontstaan. Hij heeft tijd nodig om alles te laten bezinken maar de eerste stap is gemaakt.
We gaan als afsluiting naar een poppen voorstelling voor kinderen. De voorstelling verteld over een Palestijns meisje dat droomt over Israëliërs die op haar deur aankloppen. Ze doet open en de sleutel om haar nek, van het huis wordt gestolen. Wanneer ze later wakker wordt hoort zij iemand op de deur kloppen. Zij weet dat ze nu niet open moet doen aangezien het de Israëliërs zijn. Vol verbazing kijk ik naar de voorstelling die voor kinderen is gemaakt. De Israëliërs worden met gekke stemmetjes nagedaan. Van jongs af aan krijgen de kinderen met dit stuk al mee dat je moet uitkijken voor de Israëliërs. De kinderen gaan er volop in mee en schreeuwen ‘achter je, achter je’ wanneer de sleutel opnieuw verschijnt. Helaas is deze weer verdwenen wanneer ons hoofdpersonage achterom kijkt. 
 








vrijdag 29 oktober 2010

Eeuwig


Ondanks de enorme afstand werk ik vandaag zowel voor projecten in Nederland als het project in Jeruzalem. Ik begin te wennen aan de omgeving en heb mijn plekje gevonden in een café om te werken. Helaas blijken de afspraken om een locatie en een koor te bezoeken te zijn uitgesteld. Iets dat hier wel vaker voor komt. Deze dag gebruik ik om in mijn eentje de stad te verkennen. Om direct een goed overzicht te krijgen van de stad neem ik een trap in een kerk die mij door een reeks aan fotolijsten naar het dak leidt. Hier zie je hoe alle kerken en moskeen nog geen 20 meter van elkaar verwijderd zijn.
Ik loop naar een begraafplaats waar ik in gesprek raak met een Christen. Hij verteld over Jehova, zijn zoon Jezus en de bijbel. Hij verteld hoe zijn geloof ‘de liefde’ vertegenwoordigd, waarna ik vraag of andere geloven hier ook niet naar streven en naastenliefde ook betekent dat men andere geloven moet respecteren. De Fransman, die in Jeruzalem voor drie maanden zijn geloof wilt volgen en prediken, kiest ervoor zijn joker in te zetten en begint over een andere passage uit het heilig boek. Wilt men een gesprek dan moet je open staan voor een dialoog en ook jezelf in twijfel trekken. 
Ik vraag mij af of iemand dat hier doet. Wanneer ik op mijn terug weg links van mij een man met een keppeltje met zijn gesluierde vrouw zie lopen en rechts van mij twee mannen in zwarte gewaden met een enorme hoed op hun hoofd, weet ik mijn antwoord.

Terwijl het weer tijd is voor de invasie van de katten denk ik aan iemand van thuis. Een persoon die ik mis. Hoewel ik diegene een aantal uur geleden nog heb gesproken voelt het als een paar dagen geleden. De katten moet ik ondertussen voordurend van de tafel gooien aangezien ze allemaal veel interesse in mijn computer tonen. Ik krijg een berichtje van een van de mensen waar we gister ochtend nog een thee mee dronken in Nablus. We chatten en hij verteld dat hij blij is dat hij nu een vriend heeft in Nederland. Ik bevestig dit oprecht maar weet ondertussen dat de tijd het zal leren. 
Wanneer je iets wilt onderhouden moet je er tijd voor maken en een grotere afstand maakt deze opgave alleen nog maar lastiger.
Ik kijk naar de maan die als een schip in de lucht ligt. Morgen komt de zon weer op. Ik denk aan de verschillende geloven die hier naast elkaar leven. Zij geven hun gedachten door aan hun kinderen wat lijkt door te gaan als een eeuwige cyclus. Als er niet iets anders gebeurd dan de afgelopen eeuwen dan komt de zon weer tevoorschijn. De Romeinen geloofde in Apollo, De grieken in Helios, de moslims verklaren het met Mohammed, Christenen met God en het Boedisme met Boedha. Uiteindelijk geven zij een verklaring aan het onverklaarbare. Een verklaring aan iets dat grootser is dan ons eigen korte leven. Ik ga naar bed en als er niet iets anders gebeurd dan de afgelopen 21 jaar dan zie ik ook deze zon weer opkomen. 

donderdag 28 oktober 2010

De vergeten gebieden


Aangezien mijn blog ook een link heeft met tijd is een rust dag niet zo gek. Als compensatie vier foto’s i.p.v. twee.
Grote betonnen muren scheiden ons zicht. Vanuit hier is het makkelijk om aan de andere kant van de muur te komen. Bij het terug gaan kunnen er problemen ontstaan, kom je dan te dicht bij een muur op een plek waar het niet mag, dan is het einde snel in zicht. We rijden met een klein busje de douane door; gebied A in. Het gebied waar Israëliërs alles onder controle hebben. Langzaam komen we bij gebied B en C waar de Palestijnen steeds meer vrijheid krijgen met hun eigen systeem. De bezetting wordt nu pas echt duidelijk. Wanneer ik rechts uit mijn raam kijk zie ik zwarte water bassins op de mooi geordende huizen. Kijk ik links zie ik witte water bassins op schots en scheven huizen die van de Palestijnen zijn. De huizen zijn hoog, aangezien er meerdere woningen op elkaar zijn gebouwd. Er is niet meer ruimte. Op de toppen van de bergen kleine nederzettingen van de bezetters. Zij breiden hun gebied uit. De gebieden waar we door heen trekken blijken zeer gevaarlijk te zijn volgens veel Israëliërs. Je zou worden verkracht en beroofd. Eenmaal in het eerste stadje gekomen kom ik de meest vriendelijke mensen tegen die niet alleen willen verkopen maar ook gewoon uit beleefdheid gedag zeggen. De omgeving daarin tegen is kil. Straten liggen open, huizen staan leeg en zijn maar half af. De tijd lijkt hier soms even stil te staan. We rijden verder naar ons onze eind bestemming; Nablus. 

Een korte rondleiding door het stadje brengt ons door straatjes van slechts een halve meter breed, achtervolgd door een grote groep kinderen die merkte dat er vreemdelingen aanwezig waren. We zien door een raam nog de kogelgaten van een week geleden in het plafond zitten. Hier wonen zo’n 11000 mensen op 700m2. Onze tour is gelijk een promotie voor de performance van vanavond. Iedereen weet dat er wat staat te gebeuren. 
Wanneer de eerste jongeren het kleine gebouw binnen komen stellen we ons aan elkaar voor en laten wat horen of zien wat de ander kan. Daaruit ontstaat al snel een aantal improvisaties en ideeën die we verder uit werken. Officieel zijn we nog niet begonnen maar we zijn al volop bezig, alles ontstaat vanzelf. Een van de jongens met een Pink-Floyd t-shirt probeert ons Engels te vertalen of het wordt opgelost met gebaren. Dit zijn van die momenten waarop je in een dag een jaartje ouder bent geworden. Naast de chaos die geregeld moet worden weet ik nu al dat dit herinneringen worden die ik altijd mee zal dragen. De tijd raast voorbij waarop het ineens al 19:00 blijkt te zijn. De show gaat van start. Eerst speelt een Frans kamerorkest gevolgd door een aantal gitaristen en dichters. Dit alles vind plaats onder koude tl verlichten waar soms wat theater licht bij in springt, terwijl het licht van de zaal nog half aan staat.
Vervolgens zijn wij aan de beurt. Hoewel er van alles mis gaat staat er hier toch iets op het podium dat we met zijn allen in een paar uur in elkaar hebben gezet. Van break-dance en improvisaties tot sketches en Westerse/Arabische muziek. Op momenten valt horen we alleen maar ruis door de boxen maar de man die het theater runt schrijft zowel zijn subsidie aanvragen als dat hij gastheer is terwijl hij ook de techniek doet bij de voorstelling. Misschien net twee taken te veel. Binnen dertig minuten is deze dag dan weer voorbij met een buiging. De kinderen vragen of we terug komen waarop ik het antwoord al weet. Ik zeg dat ik deze dag geweldig met hun vond, iets dat recht uit mijn hart komt. Een van hen kijkt mij aan en zegt voor de 6de keer hoeveel hij van mij houd.

De volgende dag lopen we in de vroege morgen nog even door het stadje heen. Naast al het afval op de grond en de kippen in de kleine kooitjes zien we op de muren posters van Palestijnen die zijn omgekomen. Met hun machine geweren worden zij hier geprezen als helden. We nemen de bus terug naar de douane waar we nu zelf als dieren door een hekken constructie moeten. Na een half uur wachten voor een van de hekken wordt ons paspoort en bagage gecontroleerd waarna we weer welkom zijn. Twee soldaten komen ons te gemoed. Zij dragen de moderne machine geweren waar ik mee schoot in mijn computergames. Dit zijn de mensen die het leven elkaar zuur maken maar wanneer ze langs ons komen en de gitaar zien zegt een van hen: Pink Floyd?



















dinsdag 26 oktober 2010

Leeg


In eerste instantie zou het goed zijn geweest deze bladzijde leeg te laten aangezien een groot deel van de dag zo gevoelt heeft. Bij het kraaien van de haan onwak ik er niet aan ook te ntwaken. Het is acht uur, de zon schijnt zijn eerste lichtstralen de kamer binnen waaronder op mijn gezicht. Met een lamlendig lichaam alsof ik een enorme kater heb lopen we naar Eyad. De jongen van het hostel heeft voor ons een mooie deal kunnen maken waardoor wij dachten dat we voor slechts 240 Sjekel (50 euro) naar de dode zee konden gereden worden. Eenmaal aangekomen verteld de chauffeur dat hij op ons wacht. Wij zeggen dat dit wel zo’n vier uur kan duren maar door zijn gebrekkig engels lijkt het alsof we elkaar niet begrijpen wat later ook het geval blijkt te zijn.
Morgen rijden we al om 8:00 in de morgen naar Nablus, een vluchtelingenkamp in de Westbank. Hier zullen we overnachten bij een gast gezin en een performance maken voor de mensen die daar wonen. Het armoede contrast zal nog groter zijn nu we op de toeristische plek zijn aangekomen bij de dode zee. Ongemakkelijk manoeuvreren we ons tussen de parasollen en ijstenten, opzoek naar een rustige plek die er niet is. Om ons heen het voordurend Amerikaans accent met op de achtergrond popsongs die toch overal ter wereld het zelfde klinken. Uiteindelijk konden we niets anders doen dan ons zelf er aan over te geven. Verstand op nul, de Hawaï zwembroek aan en drijven maar terwijl de tijd langzaam verstrijkt. Dit zal het Palestijnse tijdsbesef zijn.
De zon neemt zijn lichtstralen mee achter de horizon. Eyad staat als afgesproken op ons te wachten. Moe van de zon en het niets doen zitten we terug in de auto naar Jeruzalem maar ergens klopt er iets niet. Alles wordt meteen duidelijk wanneer we uitstappen en wij ons 240 Sjekel erbij pakken. ‘Sjekel? Dollars!’. De discussie brand los en de jongen van het hotel wordt opgebeld. Uiteraard kon dit niet zo gemakkelijk aflopen. Geen van de partijen geeft toe een fout te hebben begaan. We lopen samen naar het hostel om in gesprek te gaan. Uiteindelijk blijkt alles op een misverstand te berusten. Zowel wij hadden beter moeten kijken als dat zij duidelijker naar ons moesten zijn. Toch krijgt Eyad, bijgelegd door de hotel manager, zijn geld. De dag is als een waas beleefd. Ik lees email berichten over projecten in Nederland en herinner mij niet meer of en wanneer ik mensen heb terug gemaild. De twee dagen Jeruzalem en de korte nachten beginnen zijn werk te doen. Tel daarbij op een dagje ultiem toerist zijn in de dode zee en je hoofd is leeg. Slapen is de enige remedie. 









maandag 25 oktober 2010

De geboortedag


Merlijn heeft afgesproken met een actrice om elf uur. Ik ga mee aangezien een uur later ook ik mijn acteur kan ontmoeten. Om twaalfuur verschijnt de actrice. Ondertussen probeer ik nogmaals een helder concept op papier te zetten terwijl Luuk voordurend om aandacht vraagt. Luuk ziet helaas niet dat wij aan het werk zijn en dat wij daarom niet de behoefte hebben om met hem in gesprek te gaan of een ochtend biertje te proosten. Om kwart over 12 verschijnt Amar, mijn acteur. Ik vertel hem over het onderwerp dat mij interesseert en al snel raken we in gesprek over het tijdsbesef in Jeruzalem. ‘Een uur te laat komen is niet zo gek’. Mensen proberen hier soms jaren lang dingen te bereiken die maar niet willen lukken. Op den duur slaat de vermoeidheid toe en ontbreekt het men aan noodzaak om überhaupt nog iets te ondernemen. Ik besef mij dat ik terecht ben gekomen in de omgekeerde wereld. Hier leeft men alles behalve met een planning. Amar die ook vaker in Europa projecten heeft gedaan ziet zeer duidelijk deze cultuur verschillen. Hij vecht in zijn land om de tijd en daarmee indirect de ander te respecteren. Hij verteld dat dit de eerste keer is dat hij überhaupt denkt aan onze ontmoeting. Leef met de minuut, lijkt de instelling hier te zijn. Als je de deur uit gaat hoeft dat niet te betekenen dat je vanavond weer terug bent. We spreken verder over verjaardagen, de geschiedenis van Jeruzalem en de vormen van tijd in muziek. Hij stelt mij voor om een deze dagen naar de woestijn te reizen, de plek waar geen tijd lijkt te bestaan, en deze avond opnieuw af te spreken om verder te praten. Misschien is het zelfs mogelijk om naar een verjaardag te gaan die op zijn ‘planning staat’. Bij het verlaten van het restaurant zie ik nog net hoe Luuk in zijn stoel slaapt naast zijn lege glas bier. Voor dat we aan de slag gaan hebben we nog enkele momenten waarop we de stad kunnen bekijken. Ik maak gebruik van dit moment en bezoek de plek waar jaar na jaar mensen heen komen; de klaag muur. Het is een van de plekken in Israel waar de traditie er van af spat.
In de avond ontmoet ik opnieuw Amer. Ik gooi een aantal onderwerpen op en stel vragen over de verjaardagen die moslims niet blijken te vieren, zijn toekomst dromen en herinneringen als kind. De eerste concrete ideeën worden geboren. Hij probeert zich het eerste nummer te herinneren dat hij als kind zong. Een christelijk lied geleerd als een Palestijn. Ik kijk naar deze man die voor mij zit. Ik weet nog zo weinig van hem maar deze eerste ontmoeting op deze ene dag voelt goed. Ik zou best wel eens wat meer de Palestijnse mentaliteit mogen hebben en dus zeg ik tegen mijzelf zeer blij te zijn met vandaag. We proosten, op een goed begin.









zondag 24 oktober 2010

Dag 0


18:20, ik zie hoe binnen enkele minuten het land dat Nederland heet verdwijnt onder een dikke laag mist. Ik sluit mijn ogen en herinner mij de ochtend waar ik veel te vroeg op stond. De middag waar we na de tweede bus erachter kwamen dat er op zondag geen bus langs het vliegveld komt. De zon die de horizon raakt op het moment dat we het vliegtuig in stappen. De eeuwen oude tradities worden langzaam al zichtbaar. Kinderen met een keppeltje en aan weerzijde van het hoofd twee krullen. Ik pak mijn ‘toeristenboekje’ erbij en lees opnieuw over de lange geschiedenis van Jeruzalem. Bij het lezen blijf ik mij verbazen over hoe gevangen een mens kan zitten in zijn denkbeeld. De geschiedenis lijkt voor vele maar niet een gepasseerd station te kunnen zijn en de zoektocht naar een vreedzame samenleving, zoals dat voor tweehonderd jaar het geval was, lijkt hiermee een onbegonnen zaak.
Onderhand zijn we zes koffie, twee films en een avondmaal verder; Het normale tijdsbestek dat ik uitbesteed bij het schrijven van een stukje voor mijn blog. Opzoek naar mooie woorden en formuleringen om eigenlijk zeer simpele gebeurtenissen te vertellen. Natuurlijk maak ik het mijzelf weer onnodig lastig aangezien ik elke zin wil koppelen met mijn onderwerp ‘tijd’ – iets wat hoogstwaarschijnlijk alleen ik mee krijg. Zou er überhaupt iemand zijn die 'de tijd' heeft om dit bericht te lezen? Zou ik zelf wel iedere dag twee minuten hebben om een blog te volgen? Ik vind het al lastig om iedere dag de krant te lezen.
1:30. Aankomst in Israel/Palestina. Nog geen 10 meter verder begint het eenrichtingsvragen rondje. Wat doe je hier? Waarom wil je hier heen? Waarom naar Jeruzalem? Hoelang blijf je hier? Na drie controle posten te hebben doorstaan kunnen we concluderen dat we veilig zijn aan gekomen. Na een korte onderhandeling worden alle tassen in een taxi gepropt en rijden we door het landschap belicht met een doffe oranje kleur. Om de tijd te verdrijven speel ik een kort lied op mijn gitaar voor de chauffeur. Na een kleine drie kwartier komen we aan bij het oude gedeelte van Jeruzalem en daar, tussen de kleine verlaten straatjes, waar soms een straat kat overloopt of een bewaker lawaai maakt, ontmoeten we een bekend gezicht uit Nederland. Merlijn begeleid ons naar het hostel waar we eenmaal aangekomen direct zien in wat voor tijd wij leven. De computers worden uit de tassen gepakt en er wordt er flink op los ‘gefaceboekt’. Ik schrijf gestaag verder aan dit stukje tekst. 2:00. Ik sluit opnieuw mijn ogen. Langzaam droom ik weg in gedachten aan vandaag en morgen.

zaterdag 23 oktober 2010

Proloog: Tomorrow


Zaterdag 17:00. Over een kleine 24 uur zal ik onderweg zijn naar het land waar onze jaartelling is begonnen. Waar gedroomd wordt over verleden en heden. Een land waar verleden en heden onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Jeruzalem. Nog eenmaal loop ik mijn planning door voor morgen:
-       De wekker gaat zeer vroeg af zodat ik er zeker van kan zijn mij niet te hoeven haasten.
-       Zoals altijd op belangrijke dagen verslaap ik mij, maar ik heb alsnog genoeg tijd zodat ik niet direct in de stress hoef te schieten.
-       Ik sta te lang onder de douche maar vertrek uiteindelijk precies op tijd als gepland.
-       Halverwege kom ik er achter dat ik mijn paspoort vergeten ben waardoor ik alsnog terug naar huis moet rennen met een overvolle tas op mijn rug. 
-       Het rennen was voor niks aangezien de trein een vertraging heeft, waardoor ik mij vervolgens in de trein druk kan gaan maken of we wel op tijd komen voor het inchecken. 
-       Opnieuw wachten we aangezien ook het vliegtuig een vertraging heeft.
Ik zou op deze manier mijn gehele reis kunnen plannen maar veel opleveren zal het niet. Toch blijf ik lijstjes in mijn hoofd maken aangezien ik naar hou vast zoek. Meestal vind ik dat in de performance die ik ga maken maar nu is niks zeker en kan alles gebeuren. Het enige dat ik weet is dat ik met een lokale acteur/zanger van veertig jaar oud zal gaan werken, iets waar ik zelf om gevraagd heb. Verder is er alle vrijheid en kan ik doen wat ik wil. Perfect zou je zeggen als ik niet zo’n controle freak zou zijn geweest. Natuurlijk kan ik maken wat ik wil maar wil ik geen performance van Robin Coops over Robin Coops maken dan moet ik in het moment durven te leven en de ontmoeting in Jeruzalem zijn werk laten doen. Ik loop op het moment over van ideeën maar ondanks dat ik deze met al mijn energie heb op geschreven hoeft dit alles niks van doen te hebben met de persoon die ik ga ontmoeten.
De ‘tijd’ zal het leren en zal daarom tevens het start punt zijn van mijn onderzoek. De tijd waar ik altijd op vooruit loop maar mijzelf nu dwing ermee te leven. Misschien is het zelfs mogelijk de tijd even te bevriezen zodat het moment van deze ontmoeting of van de performance zelf volledig kan worden gevoelt.
Zaterdag 18:00. Opnieuw denk ik na over de toekomst: wat neem ik mee naar Jeruzalem? Ik pak mijn planning erbij van vandaag. Ik kijk er naar en streep vervolgens alles door wat er op staat. Daarna schrijf ik slechts een zin op het blaadje; Leef in het moment. 
Het avontuur kan beginnen.